Je hebt je eerste drone in handen en staat te popelen om de lucht in te gaan. Voordat je die eerste vlucht maakt, zijn er echter twee cruciale stappen die elke verantwoordelijke piloot in Nederland moet doorlopen: je registreren als drone-exploitant bij de RDW en het behalen van je vliegbewijs.
Dit klinkt misschien ingewikkeld, maar het proces is ontworpen om de veiligheid in het luchtruim te garanderen en is gelukkig erg overzichtelijk. In deze gids leiden we je stap voor stap door beide processen, zodat je snel, legaal en vol vertrouwen kunt vliegen.
Stap 1: Je Registreren als Exploitant bij de RDW
De eerste administratieve stap is het aanvragen van een exploitantnummer. Dit is een registratie van jou als eigenaar of ‘exploitant’ van een drone, niet van de drone zelf.
Waarom is registratie verplicht? Registratie is verplicht voor iedereen die vliegt met een drone die:
- Een camera heeft (ongeacht het gewicht).
- Zwaarder is dan 250 gram (ook zonder camera).
In de praktijk betekent dit dat vrijwel elke FPV- en cameradroner onder deze registratieplicht valt.
Hoe vraag je het exploitantnummer aan? Het proces verloopt volledig online en is binnen enkele minuten geregeld:
- Ga naar de website van de RDW en navigeer naar de sectie voor drones.
- Log in met je DigiD (voor particulieren) of eHerkenning (voor bedrijven).
- Doorloop de aanvraagprocedure en vul je gegevens in.
- Betaal de kosten via iDEAL. De aanvraag kost €23,00 en is één jaar geldig. De jaarlijkse verlenging kost €13,00.
- Ontvang je exploitantnummer. Dit unieke nummer wordt direct per e-mail naar je toegestuurd.
Wat doe je met het nummer? Het exploitantnummer (bijvoorbeeld NLD87xxxxxxxxxxxx) moet fysiek en zichtbaar op al je drones worden aangebracht. Dit kan eenvoudig met een sticker of een brandwerend plaatje.
Stap 2: Het Behalen van je Vliegbewijs
Naast de registratie als eigenaar, heb je als piloot een vliegbewijs nodig om te bewijzen dat je de regels en veiligheidsprocedures kent. Dit is verplicht voor het vliegen met drones zwaarder dan 250 gram.
Het Basisbewijs: Certificaat A1/A3 Dit is het instapcertificaat en de basis voor elke dronepiloot die in de Open Categorie wil vliegen.
- Hoe haal je het? Je volgt een online theoriecursus bij een door Nederland erkende droneschool. Na het bestuderen van de lesstof maak je een online theorie-examen.
- Wat kun je ermee? Met het A1/A3-certificaat mag je vliegen in de subcategorieën A1 (met lichte drones) en A3 (ver weg van mensen en bebouwing).
- Kosten en geldigheid: Na het slagen voor het examen vraag je het officiële certificaat aan bij de RDW voor €10,00. Het vliegbewijs is 5 jaar geldig.
Voor de Gevorderden: Het Aanvullende A2-Certificaat Wil je met iets zwaardere drones (met een C2-label, tot 4 kg) dichter bij mensen vliegen? Dan heb je naast je A1/A3-bewijs ook het aanvullende A2-certificaat nodig.
- Hoe haal je het? Hiervoor moet je een extra theorie-examen afleggen, vaak op een fysieke locatie van de vliegschool. Ook moet je een verklaring van praktische zelf-training invullen.
- Wat kun je ermee? Het A2-certificaat geeft je de bevoegdheid om in de A2-subcategorie te opereren, wat meer flexibiliteit biedt in dichter bevolkte gebieden.
Conclusie
Door je te registreren bij de RDW en je vliegbewijs te halen, voldoe je aan de wettelijke eisen en leg je een solide basis voor een veilige en plezierige vliegcarrière. Met je exploitantnummer op je drone en je vliegbewijs (digitaal) op zak, ben je klaar om het Nederlandse luchtruim op een verantwoorde manier te verkennen.